Connectiestring configureren

In ons voorbeeld gaan we de connectiestring opslaan in het appsettings.json bestand. We kopiëren de connectiestring uit de DBContext klasse die door Visual Studio werd aangemaakt toen we het model hebben gecreëerd om basis van de bestaande database (Fric-frac model op basis van bestaande database). De naam van die DBContext klasse bestaat uit de naam van de database gevolgd door Context. In ons voorbeeld is dat docent300Context. Voor jullie zal dat userXXX zijn. We wijzigen de naam van de klasse en beginnen de naam met een hoofdletter zoals dat volgens afspraak in .NET moet zijn, namelijk klassenamen worden in pascalnotatie geschreven. In Visual Studio kan je de naam automatisch laten wijzigen zodat je zelf niet moet gaan opzoeken waar je die naam hebt gebruikt:

Nadat je de naam van de klasse hebt gewijzigd kopiëer je de connectiestring en plaats je die in het bestand met de naam appsettings.json. In de DBContext klasse staat:

if (!optionsBuilder.IsConfigured)
{
#warning To protect potentially sensitive information in your connection string, 
      you should move it out of source code. 
      See http://go.microsoft.com/fwlink/?LinkId=723263 for guidance on storing connection strings.
    optionsBuilder.UseMySql("server=164.132.231.13;user id=docent300;password=AUdHX9QZ;port=3306;database=docent300;SslMode=none");
}

Het appsettings.json bestand ziet er dan zo uit:

{
  "Logging": {
    "IncludeScopes": false,
    "LogLevel": {
      "Default": "Warning"
    }
  },
  "ConnectionStrings": {
    "FricFracRemote": "server=164.132.231.13;user id=docent300;password=XXXX;port=3306;database=docent300;SslMode=none"
  }
}

Bronnen

Connection Strings, 10/27/2016

JI